Rationale Wortel Stelling

Inhoud

Inleiding

In dit artikel gaan we kijken naar de Rationale Wortel Stelling.
We bekijken hoe deze stelling er uitziet, bewijzen hem, geven een afleiding en kijken we naar wat toepassingen.

We gaan met deze stelling bijvoorbeeld een ander bewijs geven van het feit dat √2 irrationaal is (zie ook het bewijs in Bewijzen: De wortel uit 2 is irrationaal ).

De Rationale Wortel Stelling

Allereerst verstaan we onder een “wortel” van een polynoom een oplossing van dat polynoom.

De algemene vorm van een polynoom ziet er als volgt uit:

anxn + an-1xn-1 + … + a1x + a0

Wanneer we de polynoom gelijk aan 0 stellen kunnen we proberen om de oplossingen (“wortels”) te vinden; dus welke waarde(s) kan x hebben.
Overigens heeft een ne-graads vergelijking hooguit n oplossingen.

De Rationale Wortel Stelling zegt nu: Wanneer er rationale oplossingen zijn dan is de teller een deler van a0 en de noemer een deler van an.

Onder een rationale oplossing verstaan we een breuk p/q (met p, q ∈ ℤ) waarbij p en q relatief priem zijn, ofwel de ggd van p en q is 1, ofwel de breuk p/q kan niet vereenvoudigd worden.

Samengevat:

Als x=p/q (met p en q gehele getallen) een oplossing is van de vergelijking anxn + an-1xn-1 + … + a1x + a0 = 0, dan is p een deler van a0 en q een deler van an.

Bewijs

Voor het bewijs maken we, onder andere, gebruik van een generalisering van het Lemma van Euclides (zie ook Hoofdstelling van de rekenkunde):

Als n een deler is van a×b en de ggd van n en a is gelijk aan 1, dan is n een deler van b.

In wiskundige notatie: Zij n∈ℕ, n|ab en n^a=1, dan n|b.

We beginnen met de vergelijking:

anxn + an-1xn-1 + … + a1x + a0 = 0

Als x=p/q een oplossing is, dan p|a0 en q|an.

Vullen we x=p/q in dan krijgen we:

an(p/q)n + an-1(p/q)n-1 + … + a1(p/q) + a0 = 0

Om de q uit de noemers te krijgen vermenigvuldigen we met qn:

anpn + an-1pn-1q + … + a1pqn-1 + a0qn = 0

Als we nu het losse getal (a0qn) naar rechts brengen dan hebben de getallen links allemaal een p gemeen en die kunnen we dan buiten haakjes halen. We krijgen dan nu:

p(anpn-1 + an-1pn-2q + … +a1qn-1) = -a0qn

Dat laatste betekent nu dus dat p een deler is van -a0qn, dus p|-a0qn. Omdat de ggd van p en q gelijk is aan 1 geldt (volgens het Lemma van Euclides) dat p|-a0 en (logischer wijs) dus ook p|a0.

Evenzo kunnen we q buiten haakjes halen en de eerste term naar rechts brengen:

q(an-1pn-1 + an-2pn-2q + … + a0qn-1) = -anpn.

Dus q|-anpn, en omdat de ggd van p en q gelijk aan 1 is geldt dus ook weer (volgens het Lemma van Euclides) dat q|-an en dus ook q|an.

q.e.d.

Afleiding

Als de eerste term van de polynoom anxn + an-1xn-1 + … + a1x + a0 gelijk is aan 1 (dus an=1) dan is de noemer van x=p/q ook gelijk aan 1 (q|an, dus q|1 maar dan q=1). Dan zijn de rationale oplossingen dus gehele getallen!

We kunnen dan dus spreken van Gehele Wortel Stelling.

Toepassingen

1.
De vergelijking 2x3 + x +1 = 0 heeft geen rationale wortels, want de mogelijke rationale kandidaten zijn ±1 en ±½ en geen van deze getallen voldoen aan de vergelijking.

2.
De vergelijking x3 – 7x + 6 = 0 heeft de volgende kandidaten als (gehele) oplossing (merk op dat a0 hier 1 is): ±1, ±2, ±3 en ±6.
De getallen 1, 2 en -3 voldoen hieraan. En omdat het hier een 3e-graads vergelijking betreft zijn dit dus ook alle oplossingen.

3.
De wortel van 2 (√2) is irrationaal.

Bewijs:

√2 is een oplossing van de vergelijking x2 – 2 = 0.

Volgens de Rationale Wortel Stelling zijn de mogelijke kandidaten voor rationale (in dit geval gehele) oplossingen: ±1 en ±2 en dus zeker niet √2. Daarom moet √2 dus irrationaal zijn.

4.
Zoek de oplossingen van de vergelijking: x3 – 5x2 + 4x +4 = 0.

Er zijn methodes voor het oplossen van 3e-graads vergelijkingen maar deze zijn nogal omslachtig en zeer bewerkelijk.

Laten we eens kijken of de Rationale Wortel Stelling uitkomst kan bieden.

Omdat an = 1 kunnen er hooguit één of meer gehele oplossingen zijn (de andere oplossingen zijn dan irrationaal).

De mogelijke gehele oplossingen zijn: ±1, ±2 of ±4.

De ±1 leveren niets op. De +2 echter wel!
Dus 2 is een oplossing voor x; x = 2.

Maar hoe nu verder?

We kunnen de vergelijking x3 – 5x2 +4x + 4 = 0 nu schrijven (ontbinden) als:

(x – 2)( … )=0

Hoe komen we erachter wat er tussen het 2e haakjespaar staat?
Welnu: Staartdelen (zie ook: Waarom staartdelen wel goed is)!

We krijgen dan:

x-2/x3-5x2+4x+4\x2-3x-2
    x3-2x2
    —————— -/-
      -3x2+4x
      -3x2+6x
      ——————— -/-
          -2x+4
          -2x+4
          ————— -/-
             0

Dus de vergelijking x3 – 5x2 + 4x + 4 = 0 kan nu ontbonden worden als:
(x – 2)(x2 – 3x – 2) = 0.

Rest ons niets anders dan x2 – 3x – 2 = 0 op te lossen om de andere 2 oplossingen te vinden en dat kan met de beroemde abc-formule:

De discriminant is b2 – 4ac = (-3)2 – 4.1.-2 = 9 + 8 = 17.

x = (3 – √17)/2 ≈ 0,56155 of x = (3 + √17) / 2 ≈ 3,45155.